Inloggen
Clubregels & Statuten 
HUISHOUDELIJK REGLEMENT

NAAM EN ZETEL
Artikel 1
  1. De vereniging is genaamd: Enschedese Hockeyvereniging (kortheidshalve aan te duiden met: EHV).
  2. De vereniging heeft haar zetel in de gemeente Enschede.

TENUE
Artikel 2

Het tenue van de vereniging is
  1. voor wat betreft de meisjes en vrouwen: witte rok met donkerblauwe baan, donkerblauw EHV clubshirt en witte kousen met aan de bovenkant een donkerblauwe boord, onderkant voorzien van EHV logo*;
  2. voor wat betreft de jongens en mannen: witte shorts met donkerblauwe baan, donkerblauw EHV clubshirt en witte kousen met aan de bovenkant een donkerblauwe boord, onderkant voorzien van EHV logo*.

* Clubkleding verkrijgbaar bij ’t Hoen Sport te Enschede.
In afwijking van het vorenstaande wordt de kleding, voor wat betreft model en kleur, voor de hoogste elftallen van beide categorieën door het bestuur vastgesteld.
Afwijkingen ten opzichte van de hierboven genoemde kledingvoorschriften zijn slechts toegelaten na een daartoe strekkend besluit van het bestuur.

LEDEN EN DONATEURS
Artikel 3

1.    Leden zijn die natuurlijke personen, die door het bestuur als lid zijn toegelaten, met inachtneming van hetgeen daaromtrent in de statuten van de vereniging en in dit reglement is bepaald.
2.    De vereniging kent de navolgende leden:
  • seniorleden;
  • kroonleden;
  • Juniorleden;
  • niet spelende leden;
  • trimleden; en
  • leden van verdienste.
    Daarnaast kent de vereniging donateurs.
3.    Seniorleden zijn zij, die voor één oktober van het lopende verenigingsjaar achttien jaar of ouder zijn. Seniorleden hebben toegang tot de algemene vergadering met stemrecht en dienen contributie te betalen.
4.    Kroonleden zijn zij, die wegens hun buitengewone verdiensten jegens de vereniging door de algemene vergadering, op voorstel van het bestuur, daartoe zijn benoemd. Kroonleden hebben toegang tot de algemene vergadering met stemrecht en dienen geen contributie te betalen.
5.    Juniorleden zijn zij, die voor één oktober van het lopende verenigingsjaar jonger zijn dan achttien jaar en worden nader onderscheiden in:
  • juniorleden A: juniorleden A zijn zij, die voor één oktober van het lopende verenigingsjaar zestien jaar of ouder, doch nog geen achttien jaar zijn;
  • juniorleden B: juniorleden B zijn zij, die voor één oktober van het lopende verenigingsjaar veertien jaar of ouder, doch nog geen zestien jaar zijn;
  • juniorleden C: juniorleden C zijn zij, die voor één oktober van het lopende verenigingsjaar twaalf jaar of ouder, doch nog geen veertien jaar zijn;
  • juniorleden D: juniorleden D zijn zij, die voor één oktober van het lopende verenigingsjaar tien jaar of ouder, doch nog geen twaalf jaar zijn;
  • juniorleden E: juniorleden E zijn zij, die voor één oktober van het lopende verenigingsjaar nog geen tien jaar zijn;
  • juniorleden F: juniorleden F zijn zij, die voor één oktober van het lopende verenigingsjaar nog geen acht jaar zijn.
    Juniorleden hebben toegang tot de algemene vergadering zonder stemrecht en dienen contributie te betalen.

6.    Niet spelende leden zijn zij, die niet ingedeeld zijn in een elftal dat meespeelt in de KNHB-competitie. Zij hebben toegang tot de algemene vergadering met stemrecht en dienen contributie te betalen.
7.    Trimleden zijn zij, die door het bestuur zijn toegelaten om trainingen te kunnen volgen. Zij hebben toegang tot de algemene vergadering met stemrecht en dienen contributie te betalen.
8.    Leden van verdienste zijn zij, die door hun prestaties aanspraak kunnen maken op de erkentelijkheid van de vereniging en die daartoe door het bestuur zijn benoemd. Leden van verdienste hebben toegang tot de algemene vergadering zonder stemrecht en dienen geen contributie te betalen.
9.    Donateurs zijn natuurlijke personen of rechtspersonen die zich als zodanig hebben aangemeld en zich bereid hebben verklaard de vereniging uitsluitend door een financiële bijdrage te steunen.


WIJZE AANMELDING LEDEN, VOORWAARDEN TOELATING

Artikel 4

1.    Een natuurlijk persoon die seniorlid of juniorlid wenst te worden van de vereniging dient een door het bestuur te verstrekken inschrijfformulier geheel ingevuld en ondertekend in te dienen bij de secretaris van het bestuur of een daartoe door het bestuur aangewezen persoon. Minderjarigen kunnen alleen worden toegelaten als juniorlid indien het inschrijfformulier wordt mede-ondertekend door hun wettige vertegenwoordiger.
    Binnen een maand na het indienen van de aanvraag ontvangt de aanvrager van of namens het bestuur schriftelijk bericht over diens al dan niet toelating als lid van de vereniging. In geval van niet-toelating wordt de reden daarvan vermeld.
2.    Nieuwe seniorleden en juniorleden dienen eenmalig een jaarlijks door de algemene vergadering vast te stellen bedrag aan entreegeld te betalen. Dit geldt niet voor seniorleden die dit worden op grond van het bepaalde in artikel 6 lid 5 van de statuten van de vereniging.
3.    Voor diegenen die gedurende het boekjaar (beginnend op 1 juli en eindigend op 30 juni daaropvolgend) seniorlid of juniorlid worden, geldt dat zij, indien zij lid worden voor 1 januari van het betreffende boekjaar, de volledige contributie verschuldigd zijn. Indien zij seniorlid of juniorlid worden na 1 januari van het betreffende boekjaar, zijn zij de helft van de contributie verschuldigd.
        
TOELATING, RECHTEN EN VERPLICHTINGEN DONATEURS
Artikel 5

1.    Het bestuur beslist per individueel geval over de toelating van een donateurs en     over de voorwaarden van die toelating, waarbij in ieder geval geldt dat:
-    ook niet-leden van de vereniging donateur kunnen zijn;
-    de financiële bijdrage waarmee de donateur de vereniging steunt ten minste € 60 (zegge: zestig euro) per boekjaar dient te bedragen;
-    de donateur dit bedrag, tenzij nader schriftelijk met het bestuur anders wordt overeengekomen, in een maal aan de vereniging dient te voldoen binnen dertig dagen na ontvangst van de betreffende nota;
-    het donateurschap elk jaar stilzwijgend voor een jaar wordt verlengd, tenzij de donateur of het bestuur het donateurschap schriftelijk beëindigt met een opzegtermijn van vier     weken of tenzij nader schriftelijk tussen het bestuur en de donateur anders wordt overeengekomen;
2.    Donateurs hebben, gelijk leden, recht op toegang tot de accommodatie en recht op het bijwonen van leden vergaderingen. Stemrecht hebben zij niet, noch recht op deelname aan het hockeyspel.

LEDENREGISTRATIE
Artikel 6

1.    De secretaris van het bestuur houdt een register bij waarin de namen en de adressen van de leden worden bijgehouden.
2.    Ieder lid is verplicht bij wijziging van zijn adres hiervan onverwijld de secretaris van het bestuur schriftelijk in kennis te stellen. Eventuele kosten die door de vereniging moeten worden gemaakt om een adreswijziging op een andere wijze te achterhalen, worden op het desbetreffende lid verhaald.
3.    De secretaris van het bestuur draagt er zorg voor dat de leden worden aangemeld bij de Koninklijke Nederlandse Hockey Bond.

EINDE LIDMAATSCHAP

Artikel 7

Bij opzegging van het lidmaatschap door het lid dient het lid de voorschriften van artikel 10 van de statuten van de vereniging na te leven. Indien deze opzegging niet is geschied volgens die voorschriften, kan het bestuur dispensatie verlenen en de opzegging toch tegen het einde van het lopende boekjaar doen geschieden, in geval deze opzegging geschiedde:
  • wegens verhuizing naar buiten de gemeente waar de vereniging haar zetel heeft;
  • op grond van medisch advies;
  • op grond van andere, naar het oordeel van het bestuur, afdoende redenen.

CONTRIBUTIE
Artikel 8

1.    Seniorleden en juniorleden zijn aan de vereniging verschuldigd:
  • entreegeld (eenmalig); en
  • contributie.
2.    Voorts zijn seniorleden en juniorleden in de in dit artikel genoemde gevallen een jaarlijks door de algemene vergadering vast te stellen bedrag aan administratiekosten aan de vereniging verschuldigd.
3.    Ereleden en leden van verdienste zijn, indien zij niet tevens seniorlid zijn, niet contributieplichtig.
4.        Nieuwe seniorleden en juniorleden dienen eenmalig een jaarlijks door de algemene vergadering vast te stellen bedrag aan entreegeld te betalen. Dit geldt niet voor seniorleden die dit worden op grond van het bepaalde in artikel 6 lid 5 van de statuten van de vereniging.
5.    Elk seniorlid en juniorlid van de vereniging is verplicht tot betaling van een jaarlijks door de algemene vergadering vast te stellen contributie.
6.        De contributienota's worden bij aanvang van het boekjaar verzonden onder toezicht van de penningmeester van het bestuur. De betalingstermijn is vastgesteld op dertig dagen na verzending van de contributienota.  
7.        De vereniging biedt de seniorleden en juniorleden de mogelijkheid aan hun contributieverplichtingen te voldoen door middel van een automatische incasso. Hiertoe wordt aan deze leden een formulier ter beschikking gesteld met behulp waarvan zij de vereniging doorlopend kunnen machtigen - tot wederopzegging - tot het incasseren van de contributie. Administratiekosten zijn bij deze wijze van betaling niet verschuldigd.
8.    Aan nieuwe seniorleden en juniorleden wordt tezamen met het inschrijfformulier een formulier toegezonden door middel waarvan zij de vereniging kunnen machtigen tot het incasseren van de contributie voor het eerste jaar, alsmede eenmalig het entreegeld. Administratiekosten zijn bij deze wijze van betaling niet verschuldigd.
9.    Bij automatische incasso zal, als het totaal verschuldigde bedrag boven de
€ 250,00 (zegge: tweehonderdvijftig euro) uitkomt, in twee gelijke maandelijkse termijnen kunnen worden geïncasseerd, waarvan de eerste vervalt op 1 september en de laatste op 1 januari.
Indien de bank, om welke reden dan ook, afgeschreven gelden storneert op de rekening van het lid dat een machtiging heeft afgegeven zal de vereniging alsnog een contributienota verzenden teneinde het lid in de gelegenheid te stellen aan zijn betalingsverplichting te voldoen. In dat geval wordt de vervaldatum gesteld op één maand na de verzenddatum en zijn wel direct administratiekosten verschuldigd. Na het verstrijken van deze vervaldatum kan, indien betaling niet heeft plaatsgevonden, een invorderingsprocedure worden gestart.
10.    In geval van niet tijdige betaling is het lid zonder nadere aanmaning of ingebrekestelling in verzuim en uit dien hoofde rente en incassokosten verschuldigd.
11.    Een maand na de vervaldatum wordt een aanmaning verzonden. Alsdan zijn administratiekosten verschuldigd, alsmede een boete waarvan de hoogte door het bestuur van de vereniging wordt vastgesteld.
12.    Een lid dat twee maanden na de vervaldatum nog niet volledig heeft voldaan aan zijn betalingsverplichtingen, voortvloeiend uit dit reglement, kan met onmiddellijke ingang worden geschorst door het bestuur. Dit houdt in dat het lid de rechten die aan het lidmaatschap verbonden zijn niet langer kan uitoefenen totdat geheel aan de betalingsverplichtingen is voldaan.
    Na schorsing kan het bestuur de inning van de vordering uit handen geven. In dat geval komen de (buiten)gerechtelijke kosten volledig voor rekening van het lid. De buitengerechtelijke kosten worden vastgesteld op ten minste vijftien procent (zegge: vijftien procent) van het te incasseren bedrag of, indien de werkelijke kosten hoger zijn, op die werkelijke kosten.
13.    Een lid aan wie het lidmaatschap is opgezegd kan opnieuw lid worden met ingang van het volgende boekjaar indien hij voor de aanvang van dat boekjaar volledig aan zijn betalingsverplichtingen heeft voldaan. Alsdan is dit lid geen entreegeld verschuldigd.
14.    Restitutie van de contributie wordt niet verleend, tenzij in zeer bijzondere gevallen vanwege zwaarwegende redenen, zulks ter beoordeling van het bestuur. Een lid dient hiertoe een schriftelijk verzoek te richten aan het bestuur.

SCHADELOOSSTELLINGEN EN BOETEN

Artikel 9

1.    Ieder lid is aansprakelijk voor schade die het aan materiaal, dat eigendom is van de vereniging ofwel in bruikleen is afgestaan aan de vereniging, heeft aangericht.
2.    Elke geconstateerde schade wordt geacht te zijn veroorzaakt door het lid of de leden die de desbetreffende zaak het laatst heeft respectievelijk hebben gebruikt, tenzij door de betrokkene(n) het tegendeel wordt aangetoond.
3.    Elk lid dat schade aan materiaal van de vereniging heeft toegebracht is verplicht op verbeurte van een boete van € 100  (zegge: één honderd euro) deze in een daartoe aan te leggen register aan te tekenen en te voorzien van zijn handtekening.
4.    Indien het herstellen van de door een lid toegebrachte schade aan materiaal kosten met zich meebrengt, beslist uiteindelijk het bestuur wie de kosten draagt.
5.    Het bestuur is niet aansprakelijk voor schade toegebracht aan eigendommen van welke aard ook van leden of derden in het gebouw of op het terrein van de vereniging aanwezig.
6.    De vereniging heeft voor haar een ongevallenverzekering afgesloten.  

BESTUUR
Artikel 10

1.    Het bestuur bestaat uit minimaal drie en maximaal negen natuurlijke personen, welke door de algemene vergadering worden benoemd. De voorzitter van het bestuur wordt als zodanig door de algemene vergadering in deze functie benoemd. Het bestuur benoemt voorts uit zijn midden een secretaris en een penningmeester. De functies van secretaris en penningmeester zijn verenigbaar.
2.    Het bestuur verdeelt in onderling overleg de functies en stelt de taken van ieder bestuurslid vast, met inachtneming van de bepalingen van de statuten van de vereniging en van dit reglement.
3.    De voorzitter heeft de leiding van alle vergaderingen van het bestuur. Hij heeft te allen tijde het recht op inzage van hetgeen onder de overige bestuursleden berust. Alle bestuursbesluiten worden door de voorzitter mede-ondertekend. De voorzitter brengt op de jaarlijks te houden algemene vergadering verslag uit van het afgelopen boekjaar. Bij ontstentenis of belet van de voorzitter worden zijn taken waargenomen door een door de overige bestuursleden aan te wijzen lid van het bestuur.
4.    De taken van de secretaris van het bestuur zijn de navolgende:
  • het voeren van correspondentie uit naam van en in overleg met het bestuur;
  • het houden van het verenigingsarchief;
  • het notuleren ter algemene vergadering, tenzij een andere persoon daartoe door het bestuur is aangewezen, en ondertekening van vastgestelde notulen;
  • het notuleren ter bestuursvergadering en ondertekening van goedgekeurde notulen;
  • het tijdig berichten van de seniorleden en de juniorleden van de door hen te spelen wedstrijden.
5.    De taken van de penningmeester van het bestuur zijn de navolgende:
  •  het innen en het beheren van alle gelden van de vereniging;
  •  het afleggen van rekening en verantwoording aan de algemene vergadering over de geldstroming binnen de vereniging.
Daartoe stelt de penningmeester van het bestuur zich aansprakelijk voor de onder hem berustende gelden en andere activa die aan de vereniging toebehoren of die de vereniging in bruikleen heeft ontvangen. De penningmeester van het bestuur mag slechts tussentijds aftreden, indien de boeken zijn goedgekeurd door de kascommissie.
6.    Iedere bestuurder is tegenover de vereniging gehouden tot een behoorlijke vervulling van de hem opgedragen taak. Indien een bepaalde taak tot de werkkring van twee of meer bestuursleden behoort, is ieder van hen hoofdelijk aansprakelijk, tenzij een bestuurslid bewijst dat de tekortkoming niet aan hem te wijten is en dat hij niet nalatig is geweest in het treffen van maatregelen om de gevolgen daarvan af te wenden.

BESTUURSVERGADERINGEN
Artikel 11

1.    De bestuursvergaderingen worden gehouden ter plaatse als bij de oproeping bepaald.
2.    Ieder jaar worden ten minste acht bestuursvergaderingen gehouden.
    Bestuursvergaderingen worden bovendien gehouden telkenmale wanneer een van de bestuurders daartoe schriftelijk en onder nauwkeurige opgave van de te behandelen punten de oproeping doet.
3.    De oproeping tot de bestuursvergadering geschiedt ten minste zeven dagen tevoren, de dag van de oproeping en die van de vergadering niet meegerekend, door middel van oproepingsbrieven.
4.    De oproepingsbrieven vermelden, behalve plaats en tijdstip van de vergadering, de te behandelen onderwerpen.
5.    Zolang in een bestuursvergadering alle in functie zijnde bestuurders aanwezig zijn, kunnen geldige besluiten worden genomen ten aanzien van alle aan de orde komende onderwerpen, mits met algemene stemmen, ook al zijn de voorschriften voor het oproepen en houden van vergaderingen niet in acht genomen.
6.    Toegang tot de bestuursvergaderingen hebben de bestuurders alsmede zij die daartoe door het bestuur worden uitgenodigd.
7.    De voorzitter leidt de vergaderingen van het bestuur. Bij zijn afwezigheid voorziet de vergadering zelf in haar leiding.
8.    Van het verhandelde in de bestuursvergadering worden notulen gehouden. De notulen worden op de door het bestuur te bepalen wijze vastgesteld en ondertekend.

BESTUURSBESLUITEN

Artikel 12

1. Het bestuur kan slechts geldige besluiten nemen in een bestuursvergadering, waarin ten minste de helft van de in functie zijnde bestuurders aanwezig of vertegenwoordigd is.
 Een bestuurder kan zich ter vergadering door een andere bestuurder laten vertegenwoordigen onder overlegging van een schriftelijke, ter beoordeling van de voorzitter van de vergadering voldoende, volmacht. Een bestuurder kan daarbij slechts voor één andere bestuurder als gevolmachtigde optreden.
2. Iedere bestuurder heeft het recht tot het uitbrengen van één stem.
    Alle bestuursbesluiten genomen met volstrekte meerderheid van de uitgebrachte stemmen.
3.    Alle stemmingen ter bestuursvergadering geschieden mondeling, tenzij een of meer bestuurders vóór de stemming een schriftelijke stemming verlangen.
    Schriftelijke stemming geschiedt bij ongetekende, gesloten briefjes.
4.    Blanco stemmen worden beschouwd als niet te zijn uitgebracht. Zij tellen wel mee ter bepaling van enig quorum.
5.    Het ter bestuursvergadering uitgesproken oordeel van de voorzitter van de vergadering omtrent de uitslag van een stemming is beslissend. Hetzelfde geldt voor de inhoud van een genomen besluit, voor zover werd gestemd over een niet schriftelijk vastgelegd voorstel.
6.    Wordt onmiddellijk na het uitspreken van het oordeel van de voorzitter van de vergadering de juistheid daarvan betwist, dan vindt een nieuwe stemming plaats indien de meerderheid der vergadering of, indien de oorspronkelijke stemming niet hoofdelijk of schriftelijk geschiedde, een stemgerechtigde aanwezige dit verlangt. Door deze nieuwe stemming vervallen de rechtsgevolgen van de oorspronkelijke stemming.
7.    Het bestuur kan ook buiten vergadering besluiten nemen. Buiten vergadering kan een besluit slechts worden genomen met algemene stemmen van alle bestuurders en kunnen de stemmen alleen schriftelijk worden uitgebracht. Het bestuur draagt zorg voor het houden van aantekening van de besluiten die zijn genomen op de in dit lid bedoelde wijze.

COMMISSIES
Artikel 13

1.    De vereniging kent een aantal verschillende commissies. Deze commissies worden ingesteld door de algemene vergadering en kunnen te allen tijde ook door die algemene vergadering worden ontbonden.
2.    De algemene vergadering kan een benoemingsprocedure vaststellen, welke procedure aan de betreffende commissie schriftelijk bekend wordt gemaakt.
3.    Een bestuurslid kan, behoudens het bepaalde in lid 10, geen deel uitmaken van een commissie, tenzij het bestuur en de commissie gezamenlijk unaniem anders beslissen. Elk bestuurslid heeft het recht de vergaderingen van een commissie bij te wonen; zij kunnen daarin het woord voeren maar hebben geen stemrecht.
4.    Van commissies kunnen ook niet-leden van de vereniging deel uitmaken.
5.    De algemene vergadering zal door elke commissie een reglement laten vaststellen, waarin de taken en verantwoordelijkheden van de commissie zijn vastgelegd.
6.    Commissies brengen over hun vergaderingen schriftelijk verslag uit aan het bestuur. Commissies brengen bovendien aan het einde van het boekjaar een schriftelijk verslag uit over dat boekjaar aan de algemene vergadering.
7.    Iedere commissie dient voor aanvang van een boekjaar een begroting voor het komende boekjaar in te dienen. Omtrent de financiën van een commissie kan het bestuur een tussentijdse rapportage verlangen.
8.    De vereniging kent in ieder geval de volgende commissies:
  • de kascommissie;
  • de tophockeycommissie;
  • de barcommissie;
  • de sponsorcommissie;
  • de wedstrijdcommissie;
  • de jeugdcommissie;
  • de tuchtcommissie;
  • de accommodatiecommissie; en
  • de scheidsrechterscommissie.
9.    De kascommissie wordt jaarlijks door de algemene vergadering benoemd en bestaat uit minimaal twee leden die geen deel mogen uitmaken van het bestuur. Een van de leden van de kascommissie is niet herbenoembaar. De kascommissie stelt een rooster van aftreden op. De leden van de kascommissie hebben gedurende ten hoogste twee achtereenvolgende boekjaren zitting in deze commissie.
    De kascommissie heeft tot taak het onderzoeken van de balans en de staat van baten en lasten met toelichting van het bestuur en het uitbrengen van verslag daarvan aan de algemene vergadering. De kascommissie heeft daartoe het recht om van het bestuur te eisen dat inlichtingen worden verschaft, dat de kas en de waarden worden getoond en dat boeken, bescheiden en andere gegevensdragers van de vereniging voor raadpleging beschikbaar worden gesteld.
10.    De wedstrijdcommissie wordt jaarlijks door de algemene vergadering benoemd en bestaat uit minimaal drie en maximaal vijf leden, waarbij maximaal twee leden deel mogen uitmaken van het bestuur. De leden van de wedstrijdcommissie zijn onbeperkt herbenoembaar met dien verstande dat deze leden gedurende ten hoogste drie achtereenvolgende boekjaren zitting in deze commissie kunnen hebben.
    De wedstrijdcommissie heeft tot taak het (doen) uitvoeren van het wedstrijdreglement van de vereniging.
11.    De jeugdcommissie wordt jaarlijks door de algemene vergadering benoemd en bestaat uit minimaal drie leden. De leden van de jeugdcommissie zijn onbeperkt herbenoembaar met dien verstande dat deze leden gedurende ten hoogste drie achtereenvolgende boekjaren zitting in deze commissie kunnen hebben. De jeugdcommissie heeft tot taak, overeenkomstig het in het wedstrijdreglement van de vereniging bepaalde, het begeleiden van de juniorleden.
12.    De tuchtcommissie wordt jaarlijks door de algemene vergadering benoemd en bestaat uit drie leden. De leden van de tuchtcommissie zijn onbeperkt herbenoembaar met dien verstande dat deze leden gedurende ten hoogste drie achtereenvolgende boekjaren zitting in deze commissie kunnen hebben.
    De tuchtcommissie heeft tot taak het beoordelen en bestraffen van overtredingen door leden overeenkomstig het in het tuchtreglement van de vereniging bepaalde.
13.    De accommodatiecommissie wordt jaarlijks door de algemene vergadering benoemd en bestaat uit minimaal drie en maximaal vijf leden. De leden van de accommodatiecommissie zijn onbeperkt herbenoembaar. De accommodatiecommissie heeft tot taak het beheren van en het plegen van onderhoud aan de accommodatie van de vereniging. De accommodatiecommissie is gerechtigd personen die zich niet in overeenstemming met de door haar ter beheer van de accommodatie gestelde regels gedragen onder opgaaf van redenen de toegang tot de accommodatie van de vereniging te ontzeggen.
14.    De scheidsrechterscommissie wordt jaarlijks door de algemene vergadering benoemd en bestaat uit minimaal drie en maximaal vijf leden. De leden van de scheidsrechterscommissie zijn onbeperkt herbenoembaar met dien verstande dat deze leden gedurende ten hoogste drie achtereenvolgende boekjaren zitting in deze commissie kunnen hebben. De scheidsrechterscommissie heeft tot taak het zorg dragen voor de leiding over wedstrijden en toernooien van de vereniging en voor de bevordering van de coördinatie van de opleiding tot gekwalificeerd scheidsrechter.

OFFICIEEL ORGAAN
Artikel 14
1.    De vereniging heeft een officieel orgaan (clubblad) en of website, waarvoor de bijdrage die de instandhouding van dit orgaan vergt in het daaropvolgende boekjaar jaarlijks ter gelegenheid van de vaststelling van de begroting door de algemene vergadering wordt vastgesteld.
2.    Het bestuur benoemt daartoe een hoofdredacteur, die belast is met het opmaken en verspreiden van het officieel orgaan.
3.    De secretaris van het bestuur, dan wel het bestuurslid dat belast is met het wedstrijdsecretariaat maakt in/op het officieel orgaan melding van:
    -    nieuwe leden;
    -    aankondiging en agenda's van algemene vergaderingen;
    -    wedstrijden en toernooien; en
    -     besluiten en mededelingen, voor zover deze door het bestuur nodig worden geacht.

ALGEMENE VERGADERINGEN
Artikel 15

1.    Uiterlijk binnen zes maanden na afloop van een boekjaar zal de jaarlijkse algemene vergadering worden gehouden. Buitengewone algemene vergaderingen worden gehouden zo dikwijls het bestuur dit gewenst acht.
2.    De algemene vergaderingen worden bijeengeroepen door het bestuur met inachtneming van een termijn van ten minste vijftien dagen. De bijeenroeping geschiedt door een mededeling in het officieel orgaan van de vereniging of door middel van een aan alle leden en vergadergerechtigden toe te zenden schriftelijk kennisgeving met gelijktijdige vermelding van de agenda.
3.    Voorts is het bestuur verplicht tot het bijeenroepen van een algemene vergadering:
    a.    op schriftelijk verzoek van ten minste twintig stemgerechtigde leden of van ten minste tien procent van de stemgerechtigde leden;
    b.    met inachtneming van een termijn van niet langer dan vier weken na indiening van dat verzoek, dat bij aangetekende brief onder vermelding van de punten van behandeling aan het bestuur moet zijn gedaan.
    Indien aan het verzoek binnen veertien dagen geen gevolg wordt gegeven, kunnen de verzoekers zelf tot die bijeenroeping overgaan op de wijze bepaald in lid 2 van dit artikel, of door het plaatsen van een advertentie in ten minste een ter plaatse waar de vereniging is gevestigd veel gelezen dagblad.
    Besluiten die genomen worden in een op de in dit lid genoemde wijze bijeengeroepen algemene vergadering hebben dezelfde rechtskracht als besluiten genomen in een op de in lid 2 genoemde wijze bijeengeroepen algemene vergadering.
4.    De voorzitter verleent de leden het woord in de volgorde waarin zij dit hebben gevraagd. De secretaris houdt hiervan aantekening. De voorzitter heeft het recht een lid dat zich volgens zijn mening niet behoorlijk gedraagt het woord te ontnemen of het verblijf ter vergadering te ontzeggen behoudens een geslaagd beroep van de betrokkene op de vergadering.
5.    De secretaris legt ter vergadering een presentielijst neer waarop de aanwezige leden hun naam plaatsen en aantekenen of zij al dan niet stemgerechtigd zijn. Voorts wordt op de presentielijst aangetekend of een lid, en zo ja door welk ander lid, gemachtigd is tot het uitbrengen van nog een stem, onder overlegging van een, naar het oordeel van de voorzitter, afdoende schriftelijke volmacht, als bedoeld in artikel 19 lid 4 van de statuten van de vereniging. Slechts die stemgerechtigde leden wier namen op de presentielijst voorkomen nemen, al dan niet middels een gevolmachtigde, aan de stemmingen deel.
6.    Voor de aanvang van de stemmingen over personen wijst de voorzitter drie neutrale personen aan die de stemmen tellen en van de uitkomst verslag zullen uitbrengen aan de voorzitter; daarna deelt de voorzitter de uitslag van de stemming aan de vergadering mede.
7.    Bij hoofdelijk oproeping geschieden de stemmingen in volgorde van de presentielijst met dien verstande dat eerst de stemgerechtigde leden, al dan niet bij volmacht, daarna de stemgerechtigde bestuursleden en tenslotte de stemgerechtigde voorzitter hun stemmen uitbrengen.
8.    Als ongeldige stemmen worden aangemerkt stembiljetten die:
  •   getekend zijn;
  •   onleesbaar zijn;
  •   een persoon niet duidelijk aanwijzen;
  •   de naam bevatten van een persoon die niet verkiesbaar is;
  •   voor iedere verkiesbare plaats meer dan een naam bevatten;
  •   meer bevatten dan een duidelijke aanwijzing van de persoon.
9.    Van het verhandelde in een algemene vergadering worden door de secretaris of de door het bestuur daartoe aangewezen persoon notulen gemaakt. De notulen worden     in het officieel orgaan gepubliceerd of op een andere, ter keuze van het bestuur,    wijze ter kennis van de leden gebracht en dienen door de eerstvolgende algemene vergadering te worden vastgesteld.

JAARSTUKKEN - BALANS, STAAT VAN BATEN EN LASTEN EN JAARVERSLAG

Artikel 16

1.    Het bestuur is verplicht jaarlijks, uiterlijk acht dagen voor de datum der algemene leden vergadering en een staat van baten en lasten met een toelichting van de vereniging te maken en op papier te stellen.
2.    Het bestuur is verplicht deze balans en staat van baten en lasten gedurende zeven jaren op papier te bewaren.
3.    Het bestuur brengt op een algemene vergadering binnen zes maanden na afloop van het boekjaar, behoudens verlenging van deze termijn door de algemene vergadering, een jaarverslag uit over de gang van zaken in de vereniging en over het gevoerde beleid. Het bestuur legt de balans en de staat van baten en lasten met een toelichting ter goedkeuring aan de vergadering over. Deze stukken worden ondertekend door de bestuurders; ontbreekt de ondertekening van een of meer hunner, dan wordt daarvan onder opgave van redenen melding gemaakt. Het ontbreken van deze melding staat goedkeuring in de weg. Na afloop van de termijn kan ieder lid van de gezamenlijke bestuurders in rechte vorderen dat zij deze verplichtingen nakomen.
4.    De vereniging kan opdracht tot onderzoek van de balans en de staat van baten en lasten met toelichting geven aan een accountant als bedoeld in artikel 2:393 lid 1 van het Burgerlijk Wetboek. Tot het geven van deze opdracht is de algemene vergadering bevoegd. Indien deze accountant een verklaring aflegt omtrent de getrouwheid van de onderzochte stukken, dan kan het bestuur deze met de stukken aan de algemene vergadering overleggen. Deze behoeft dan geen kascommissie te benoemen. Indien er geen accountantsverklaring is, dan moet een kascommissie worden benoemd. De kascommissie heeft tot taak het onderzoeken van de balans en de staat van baten en lasten met toelichting van het bestuur en het uitbrengen van verslag daarvan aan de algemene vergadering. De kascommissie heeft daartoe het recht om van het bestuur te eisen dat inlichtingen worden verschaft, dat de kas en de waarden worden getoond en dat boeken, bescheiden en andere gegevensdragers van de vereniging voor raadpleging beschikbaar worden gesteld.
5.    Een vereniging die een of meer ondernemingen in stand houdt welke ingevolge de wet in het handelsregister moeten worden ingeschreven, vermeldt bij de staat van baten en lasten de netto-omzet van deze ondernemingen.
6.    De algemene vergadering keurt de jaarstukken goed. Goedkeuring brengt geen décharge voor het bestuur met zich mee.

WIJZIGINGEN EN AANVULLINGEN HUISHOUDELIJK REGLEMENT
Artikel 17

1.    Dit reglement kan slechts door de algemene vergadering worden gewijzigd overeenkomstig het bepaalde in artikel 24 van de statuten van de vereniging.
2.    Een besluit tot wijziging van dit huishoudelijk reglement treedt in werking op de dag volgende op die waarop de algemene vergadering dat besluit neemt, tenzij de algemene vergadering later tijdstip vaststelt.
3.    Wijzigingen in dit reglement dienen onmiddellijk ter kennis te worden gebracht van het bestuur van de Koninklijke Nederlandse Hockey Bond.

STATUTUEN
Begripsomschrijvingen.
Artikel 1
In deze statuten wordt verstaan onder:
1.    algemene vergadering, het orgaan bedoeld in artikel 2:40 van het Burgerlijk Wetboek en in artikel 15 lid 1 van deze statuten, te weten de algemene vergadering van de vereniging;
2.    bestuur, het orgaan bedoeld in artikel 2:44 van het Burgerlijk Wetboek en artikel 10 lid 1 en artikel 13 lid 1 van deze statuten, te weten het bestuur van de vereniging;
3.    bond, de vereniging met volledige rechtsbevoegdheid: Koninklijke Nederlandse Hockey Bond, met statutaire zetel in de gemeente Nieuwegein, kantoorhoudende te 3439 ML Nieuwegein, Wattbaan 31-49, ingeschreven in het handelsregister onder dossiernummer 40530560;
4.    bondsbestuur, het orgaan bedoeld in artikel 2:44 van het Burgerlijk Wetboek en artikel 13 lid 1 van de statuten van de bond, te weten het bestuur van de bond;
5.    jaarrekening, de balans en de staat van baten en lasten met de toelichting van de vereniging;
6.    langs elektronische weg, indien degene met wie wordt gecommuniceerd hiermee instemt, kunnen schriftelijke mededelingen aan respectievelijk van (organen van) de vereniging geschieden door een langs elektronische weg toegezonden leesbaar en reproduceerbaar bericht aan het adres dat door de (organen van de) vereniging respectievelijk degene met wie wordt gecommuniceerd voor dit doel aan de degene met wie wordt gecommuniceerd respectievelijk de (organen van de) vereniging bekend is gemaakt;
7.    leden, zowel de seniorleden, bedoeld in artikel 4 lid 1 sub a en lid 2 van deze statuten, als de juniorleden, bedoeld in artikel 4 lid 1 sub b en lid 3 van deze statuten, als de kroonleden, bedoeld in artikel 4, lid 1 sub c en lid 4, voor zover deze statuten geen nader onderscheid maken of het tegendeel uit het zinsverband blijkt;
8.    lidmaatschap, zowel het lidmaatschap van de seniorleden, bedoeld in artikel 4 lid 1 sub a en lid 2 van deze statuten, als van de juniorleden, bedoeld in artikel 4 lid 1 sub b en lid 3 van deze statuten, als van de kroonleden, bedoeld in artikel 4 lid 1 sub c en lid 4 van deze statuten, voor zover deze statuten geen nader onderscheid maken of het tegendeel uit het zinsverband blijkt;
9.    vereniging, de vereniging met volledige rechtsbevoegdheid bedoeld in artikel 2 lid 1 van deze statuten.
Naam en zetel.
Artikel 2
1.    De vereniging is genaamd: Enschedese Hockeyvereniging.
2.    Als verkorte naam gebruikt de vereniging: EHV.
3.    De vereniging heeft haar zetel in de gemeente Enschede.
Doel.
Artikel 3
1.    De vereniging stelt zich ten doel de bevordering van de hockeysport in al haar verschijningsvormen en voorts het verrichten van al hetgeen daaruit voortvloeit, daartoe bevorderlijk kan zijn, dan wel daarmede verband houdt.
2.    De vereniging tracht dit doel onder meer te bereiken door:
    a.    het gewone lidmaatschap van de bond als bedoeld in artikel 6 lid 2 van de statuten van de bond te verwerven en te behouden;
    b.    haar leden te laten deelnemen aan de door de bond georganiseerde of goedgekeurde competities, (oefen)wedstrijden en andere activiteiten op het gebied van de hockeysport, in welke verschijningsvorm dan ook.
Leden en lidmaatschap.
Artikel 4
1.    De vereniging kent als leden:
    a.    seniorleden;
    b.    juniorleden;
    c.    kroonleden.
    Slechts natuurlijke personen kunnen lid zijn van de vereniging.
2.    Seniorleden kunnen slechts zijn zij die vóór één oktober van het lopende bondsjaar als bedoeld in artikel 1 van het huishoudelijk reglement van de bond achttien jaar of ouder zijn en die als zodanig door het bestuur dan wel de algemene vergadering zijn toegelaten, dan wel zij die op grond van het bepaalde in de laatste volzin van het volgende lid seniorlid zijn geworden.
    Seniorleden zijn leden van de vereniging in de zin van de wettelijke bepalingen van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek en hebben toegang tot en stemrecht in de algemene vergadering.
3.    Juniorleden kunnen slechts zijn zij die vóór één oktober van het lopende bondsjaar als bedoeld in artikel 1 van het huishoudelijk reglement van de bond jonger zijn dan achttien jaar en die als zodanig door het bestuur dan wel de algemene vergadering zijn toegelaten.
    Juniorleden zijn leden van de vereniging in de zin van de wettelijke bepalingen van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek en hebben toegang tot en stemrecht in de algemene vergadering.
    Juniorleden hebben zelfstandig stemrecht, indien en zodra zij de leeftijd van zestien jaar hebben bereikt.
    Tot het bereiken van de zestienjarige leeftijd wordt dat stemrecht uitgeoefend door hun wettelijke vertegenwoordiger(s).
    Juniorleden kunnen in het huishoudelijk reglement van de vereniging nader worden onderscheiden in juniorleden A tot en met F.
    Een juniorlid wordt seniorlid bij het begin van het nieuwe bondsjaar als bedoeld in artikel 1 van het huishoudelijk reglement van de bond waarin het de daartoe krachtens het vorige lid vereiste leeftijd van achttien jaar bereikt, zonder verdere formaliteiten.
4.    Kroonleden worden op voorstel van het bestuur door de algemene ledenvergadering benoemd.
5.    Personen die als lid toetreden of zijn toegetreden tot de vereniging, worden daardoor lid van de bond en zijn als zodanig (mede-)onderworpen aan de statuten, reglementen en besluiten van de bond en zijn organen, waaronder met name is begrepen de tuchtrechtspraak.
6.    Personen, die, zonder dat zij lid zijn van de vereniging, een al dan niet betaalde functie binnen de vereniging uitoefenen of zullen uitoefenen, met uitzondering van hen, die uitsluitend door een financiële bijdrage de vereniging steunen of zullen steunen en van hen die met de hockeysport generlei bemoeienis hebben of zullen hebben, zijn verplicht zich te (mede-)onderwerpen aan de statuten, reglementen en besluiten van de bond en zijn organen, waaronder met name is begrepen de tuchtrechtspraak; daartoe zal de vereniging alle nodige maatregelen nemen en alle vereiste regelingen treffen, waarbij zo nodig met iedere zodanige individuele persoon een daartoe strekkende overeenkomst zal worden aangegaan.
9.    Onverminderd het bepaalde in de laatste volzin van lid 3, beslist het bestuur  omtrent de toelating van leden. Minderjarige natuurlijke personen kunnen alleen als lid worden toegelaten indien zij een schriftelijke toestemming van hun wettelijke vertegenwoordiger overleggen aan het bestuur. Ingeval van niet-toelating door het bestuur kan de algemene vergadering alsnog tot toelating besluiten.
10.    De toelatingsprocedure kan nader in het huishoudelijk reglement van de vereniging worden uitgewerkt, in welk reglement nadere vereisten aan de toelating tot het lidmaatschap van de vereniging kunnen worden gesteld.
11.    Het lidmaatschap is persoonlijk en kan niet worden overgedragen.
12.    Het bestuur houdt een ledenregister bij waarin de namen en adressen van alle leden zijn opgenomen. Ieder lid is verplicht zijn adres, alsmede wijzigingen daarin onverwijld schriftelijk of langs elektronische weg aan de vereniging op te geven. Met het oog op een snelle en eenvoudige bereikbaarheid van de leden, is het wenselijk als eveneens opgave wordt gedaan van andere communicatiemiddelen, zoals emailadres, telefoonnummer en telefaxnummer.
Verplichtingen van de leden.
Artikel 5
1.    De leden van de vereniging zijn verplicht:
    a.    de statuten en de reglementen van de vereniging en van de bond, alsmede de besluiten van hun organen, na te leven;
    b.    de verplichtingen, die de vereniging en/of de bond uit naam van haar/zijn leden aangaat of die uit het lidmaatschap voortvloeien, te aanvaarden en na te leven. Tot deze verplichtingen behoort onder meer het aanvaarden en nakomen van door de bond, mede namens zijn leden, aangegane verplichtingen jegens een of meer derden, aangaande de sponsoring van de nationale vertegenwoordigende teams, alsmede aangaande de verkoop en/of exploitatie van televisie- en/of radio-opnamen en/of uitzendrechten via welk communicatiemiddel dan ook (waaronder in elk geval begrepen via internet), met dien verstande dat de bond niet bevoegd is uit naam van de gewone leden die uitkomen in de hoofdklasse, als gedefinieerd in het bondsreglement als bedoeld in artikel 1 van de statuten van de bond, voor wat betreft hun eerste heren- en damesteam, verplichtingen jegens een of meer derden aan te gaan inzake de verkoop en/of exploitatie van televisie- en/of radio-opnamen en/of uitzendrechten via welk communicatiemiddel dan ook (waaronder in elk geval begrepen via internet);
    c.    zich voor, tijdens en na de wedstrijd behoorlijk te gedragen;
    d.    er voor te zorgen dat de door hen te spelen wedstrijden ordelijk verlopen en dat de voorschriften die, door of vanwege het bestuur en/of het bondsbestuur met betrekking tot de handhaving van de orde bij die wedstrijden mochten worden gegeven, stipt worden opgevolgd;
    e.    er voor te zorgen dat de belangen of het aanzien van de hockeysport, de vereniging en de bond door hun toedoen niet op ontoelaatbare wijze worden geschaad;
    f.    zich tegenover elkander en derden en tegenover de vereniging en/of de bond te onthouden van bedrieglijke handelingen;
    g.    het dopingreglement van de bond na te leven;
    h.    tot betaling van contributie, zulks met inachtneming van het daaromtrent in deze statuten en het huishoudelijk reglement bepaalde.
2.    Voor het overige kunnen door de vereniging dan wel de bond slechts verplichtingen aan de leden worden opgelegd na voorafgaande toestemming van de algemene vergadering van de vereniging dan wel de bond.
Schorsing.
Artikel 6
1.    Het bestuur kan een lid schorsen wegens feiten, die aanleiding kunnen geven tot opzegging van diens lidmaatschap door de vereniging en/of tot ontzetting uit het lidmaatschap.
2.    Een besluit tot schorsing dient binnen twee maanden te worden gevolgd door kennisgeving aan het geschorste lid van een besluit van het bestuur tot opzegging van het lidmaatschap namens de vereniging dan wel tot ontzetting uit het lidmaatschap op voet van al het dienaangaande bepaalde in het volgende artikel. Bij gebreke van het een of ander vervalt de schorsing na afloop van die termijn. Hangende de procedure blijft het lid geschorst.
Einde lidmaatschap.
Artikel 7
1.    Het lidmaatschap eindigt:
    a.    door de dood van het lid;
    b.    door opzegging door het lid;
    c.    door opzegging door de vereniging;
    d.    door ontzetting.
2.    De vereniging kan het lidmaatschap opzeggen wanneer een lid heeft opgehouden aan de vereisten voor het lidmaatschap bij de statuten gesteld te voldoen, wanneer hij zijn verplichtingen jegens de vereniging niet nakomt, alsook wanneer redelijkerwijs van de vereniging niet gevergd kan worden het lidmaatschap te laten voortduren. Opzegging door de vereniging geschiedt door het bestuur.
    Opzegging van het lidmaatschap door de vereniging geschiedt voorts door het bestuur, wanneer het de vereniging krachtens de statuten van de bond verboden is het betrokken lid als lid van de vereniging te handhaven.
3.    Opzegging van het lidmaatschap door het lid of door de vereniging kan slechts schriftelijk of langs elektronische weg geschieden en tegen het einde van een boekjaar en met inachtneming van een opzeggingstermijn van ten minste vier weken. Het lidmaatschap kan echter onmiddellijk worden beëindigd indien van de vereniging of van het lid redelijkerwijs niet gevergd kan worden het lidmaatschap te laten voortduren.
4.    Een opzegging in strijd met het bepaalde in het vorige lid doet het lidmaatschap eindigen op het vroegst toegelaten tijdstip volgende op de datum waartegen was opgezegd.
5.    Een lid kan zijn lidmaatschap met onmiddellijke ingang opzeggen binnen een maand nadat hem een besluit is meegedeeld tot omzetting van de vereniging in een andere rechtsvorm, tot fusie of tot splitsing.
6.    Een lid is niet bevoegd zijn lidmaatschap met onmiddellijke ingang op te zeggen in het geval zijn geldelijke rechten en verplichtingen worden gewijzigd.
7.    Ontzetting kan alleen worden uitgesproken wanneer een lid in strijd met de statuten, reglementen of besluiten van de vereniging of van organen van de vereniging handelt, of de vereniging op onredelijke wijze benadeelt. Ontzetting uit het lidmaatschap geschiedt door het bestuur.
8.    Van een besluit tot opzegging van het lidmaatschap door de vereniging op grond dat een lid zijn verplichtingen jegens de vereniging niet nakomt, alsook dat redelijkerwijs van de vereniging niet gevergd kan worden het lidmaatschap te laten voortduren en van een besluit van het bestuur tot ontzetting staat de betrokkene binnen een maand na de ontvangst van de kennisgeving van het besluit beroep op de algemene vergadering open. Hij wordt daartoe ten spoedigste schriftelijk van het besluit met opgave van redenen in kennis gesteld. Gedurende de beroepstermijn en hangende het beroep is het lid geschorst, met dien verstande dat het geschorste lid het recht heeft zich in de algemene vergadering, waarin het beroep wordt behandeld, te verweren.
9.    Wanneer het lidmaatschap in de loop van een boekjaar eindigt, blijft desalniettemin de jaarlijkse contributie voor het geheel verschuldigd.
Geldmiddelen en contributie.
Artikel 8
1.    De geldmiddelen van de vereniging bestaan uit:
    a.    de contributies van de leden;
    b.    entreegelden van nieuwe leden;
    c.    subsidies;
    d.    donaties, erfstellingen en legaten;
    e.    andere inkomsten.
2.    Erfstellingen kunnen alleen worden aanvaard onder het voorrecht van boedelbeschrijving.
3.    De seniorleden en de juniorleden zijn gehouden tot het betalen van een jaarlijkse contributie, waarvan de hoogte zal worden vastgesteld door de algemene vergadering. Zij kunnen daartoe in categorieën worden ingedeeld, die een verschillende contributie betalen. Kroonleden zijn, voorzover zij niet tevens seniorlid zijn, als zodanig vrijgesteld van het betalen van contributie.
4.    Het bestuur is bevoegd in bijzondere gevallen gehele of gedeeltelijke ontheffing van de verplichting tot het betalen van contributie te verlenen.
5.    Nieuwe seniorleden en juniorleden zijn gehouden tot het betalen van een entreegeld, waarvan de hoogte zal worden vastgesteld door de algemene vergadering. Dit geldt niet voor seniorleden, die dit worden op grond van het bepaalde in de laatste volzin van artikel 4 lid 3.
6.    Het huishoudelijk reglement kan bepalingen bevatten terzake van door de leden in voorkomende gevallen aan de vereniging verschuldigde schadeloosstellingen en boeten.
Donateurs.
Artikel 9
1.    De vereniging kent naast leden ook donateurs.
2.    Donateurs zijn natuurlijke personen of rechtspersonen, die door het bestuur als donateur zijn toegelaten en die zich jegens de vereniging verplichten om jaarlijks of eenmalig een door de algemene vergadering vastgestelde bijdrage te storten.
3.    Donateurs hebben geen andere rechten of verplichtingen dan die welke hun bij of krachtens de statuten of regle­menten van de vereniging zijn toegekend of opgelegd.
4.    De rechten en verplichtingen van donateurs kunnen te allen tijde door de vereniging door opzegging worden beëindigd, met dien verstande dat de jaarlijkse bijdrage voor het lopende boekjaar voor het geheel verschuldigd blijft.
5.    Opzegging namens de vereniging geschiedt schriftelijk of langs elektronische weg door het be­stuur.
6.    Voorts eindigt het donateurschap ten gevolge van overlij­den en door schriftelijke of langs elektronische weg gedane opzegging van de donateur.
Bestuurssamenstelling en benoeming.
Artikel 10
1.    Het bestuur bestaat uit een door de algemene vergadering vast te stellen aantal van ten minste drie meerderjarige natuurlijke personen.
2.    Bestuursleden worden door de algemene vergadering benoemd uit de leden.
3.    De voorzitter van het bestuur wordt als zodanig door de algemene vergadering in functie benoemd. Het bestuur benoemt uit zijn midden een secretaris en een penningmeester. De functies van secretaris en penningmeester kunnen in één persoon verenigd worden.
4.    De benoeming van bestuursleden geschiedt uit een of meer bindende voordrachten, onverminderd het bepaalde in het volgende lid. Tot het opmaken van zulk een voordracht zijn bevoegd zowel het bestuur als tien of meer leden. De voordracht van het bestuur wordt bij de oproeping voor de vergadering meegedeeld. Een voordracht door tien of meer leden moet vóór de aanvang van de vergadering schriftelijk of langs elektronische weg bij het bestuur worden ingediend, tezamen met een schriftelijke of elektronische verklaring van de kandidaat dat hij een benoeming zal aanvaarden. Een dergelijke bindende voordracht wordt op de algemene vergadering meegedeeld.
5.    Aan elke voordracht kan het bindend karakter worden ontnomen door een met een meerderheid van ten minste twee derden van de uitgebrachte stemmen genomen besluit van de algemene vergadering.
6.    Is geen voordracht opgemaakt, of besluit de algemene vergadering overeenkomstig het bepaalde in het vorige lid aan de opgemaakte voordrachten het bindend karakter te ontnemen, dan is de algemene vergadering vrij in haar keuze.
7.    Indien er meer dan een bindende voordracht is, geschiedt de benoeming uit die voordrachten.
Einde bestuurslidmaatschap, periodiek aftreden, schorsing.
Artikel 11
1.    Een bestuurslid kan te allen tijde door de algemene vergadering worden geschorst en ontslagen. Een besluit tot schorsing of ontslag van een bestuurslid kan door de algemene vergadering slechts worden genomen met een meerderheid van ten minste twee derden van de uitgebrachte stemmen en mits het desbetreffende bestuurslid in de gelegenheid is gesteld zich tegenover de algemene vergadering te verklaren.
2.    Een schorsing die niet binnen twee maanden wordt gevolgd door een besluit tot ontslag eindigt door verloop van die termijn. Gedurende de periode waarin een bestuurslid is geschorst kan dit bestuurslid zijn functie niet uitoefenen.
3.    Elk bestuurslid treedt uiterlijk drie jaar na zijn benoeming af, volgens een door het bestuur op te maken rooster van aftreden. De aftredende is terstond, al dan niet aansluitend, doch ten hoogste tweemaal herbenoembaar, telkens voor een periode van uiterlijk drie jaar.
    Hetgeen in deze statuten over de benoeming van bestuursleden is bepaald, is van overeenkomstige toepassing op de herbenoeming van bestuursleden. Wie in een tussentijdse vacature wordt benoemd, neemt op het rooster van aftreden in beginsel niet de plaats van zijn voorganger in.
4.    Het bestuurslidmaatschap eindigt voor een bestuurslid:
    a.    door zijn overlijden;
    b.    door het verstrijken van de periode waarvoor hij is benoemd of door zijn aftreden volgens het rooster van afreden als bedoeld in het vorige lid;
    c.    door zijn vrijwillig aftreden;
    d.    door zijn ondercuratelestelling of door een rechterlijke beslissing waarbij als gevolg van zijn lichamelijke of geestelijke toestand een bewind over een of meer van zijn goederen wordt ingesteld;
    e.    doordat hij failliet wordt verklaard, surséance van betaling aanvraagt of verzoekt om toepassing van de schuldsaneringsregeling als bedoeld in de Faillissementswet;
    f.    door het eindigen van zijn lidmaatschap van de vereniging;
    g.    door zijn ontslag aan hem verleend door de algemene vergadering.    
Besluitvorming van het bestuur.
Artikel 12
1.    Van het verhandelde in elke bestuursvergadering worden notulen opgemaakt. Deze notulen worden in de eerstvolgende vergadering door het bestuur vastgesteld. In afwijking van hetgeen de wet dienaangaande bepaalt, is het oordeel van de voorzitter omtrent de totstandkoming en de inhoud van een besluit van het bestuur niet beslissend.
2.    Het bestuur vergadert minstens twee keer per jaar en verder zo vaak, als de voorzitter, de secretaris of twee bestuursleden dit wenselijk achten.
3.    Vergaderingen van het bestuur worden gehouden ter plaatse als bij de oproeping bepaald.
4.    De vergaderingen van het bestuur worden schriftelijk of langs elektronische weg opgeroepen door of namens de voorzitter van het bestuur met inachtneming van een termijn van ten minste zeven dagen, de dag van oproeping en die van de vergadering daaronder niet begrepen.
    Op een daartoe strekkend verzoek van de secretaris of ten minste twee bestuursleden dient de voorzitter binnen één week na ontvangst van dat verzoek over te gaan tot oproeping tot een bestuursvergadering bij gebreke waarvan de verzoeker(s) zelf de vergadering kunnen (doen) oproepen.
    De oproepingsbrief bevat de datum, het uur en de plaats van de vergadering, alsmede de agenda.
5.    Indien de oproepingstermijn vermeld in het vorige lid niet in acht is genomen, kan ter vergadering slechts besluitvorming plaatsvinden met algemene stemmen van alle in functie zijnde bestuursleden.
    Deze wijze van besluitvorming geldt tevens met betrekking tot onderwerpen die niet geplaatst zijn op de agenda in het vorige lid vermeld.
6.    Toegang tot de bestuursvergaderingen hebben de bestuursleden, alsmede zij die door de voorzitter van het bestuur of de ter vergadering aanwezige bestuursleden worden toegelaten. Geschorste bestuursleden hebben geen toegang tot de bestuursvergaderingen.
7.    De voorzitter van het bestuur heeft de leiding van de vergaderingen van het bestuur. Bij afwezigheid van de voorzitter van het bestuur, heeft de secretaris van het bestuur de leiding van de vergaderingen van het bestuur. Bij afwezigheid van zowel de voorzitter als de secretaris van het bestuur voorziet het bestuur zelf in de leiding van zijn vergaderingen.
8.    Het bestuur kan slechts geldige besluiten nemen in een vergadering, waarin ten minste de helft van de in functie zijnde bestuursleden aanwezig of vertegenwoordigd is. Een bestuurslid kan zich door een ander bestuurslid bij schriftelijke volmacht ter vergadering doen vertegenwoordigen. Aan de eis van schriftelijkheid van de volmacht wordt voldaan indien de volmacht elektronisch is vastgelegd.
    Een bestuurslid kan als gevolmachtigde slechts voor één ander bestuurslid ter vergadering zijn stem uitbrengen.
9.    Ieder bestuurslid heeft het recht tot het uitbrengen van één stem.
10.    Alle besluiten in bestuursvergaderingen worden genomen met volstrekte meerderheid van de uitgebrachte stemmen. Blanco stemmen worden geacht niet te zijn uitgebracht. Indien de stemmen staken, is het voorstel verworpen.
11.    Alle stemmingen geschieden mondeling. Echter kan de voorzitter bepalen dat de stemmen schriftelijk worden uitgebracht. Indien het betreft een verkiezing van personen kan ook een aanwezige stemgerechtigde verlangen dat de stemmen schriftelijk worden uitgebracht. Schriftelijke stemming geschiedt door middel van ongetekende stembriefjes.
12.    Het bestuur kan ook op andere wijze dan in vergadering besluiten nemen, mits alle in functie zijnde bestuursleden in de gelegenheid worden gesteld hun stem uit te brengen, en zij zich allen schriftelijk of langs elektronische weg, vóór het voorstel hebben verklaard. Van een buiten vergadering genomen besluit wordt door de secretaris een relaas opgemaakt, dat in de eerstvolgende vergadering wordt vastgesteld. Het aldus vastgestelde relaas wordt tezamen met de in de eerste zin van dit lid bedoelde stukken bij de notulen gevoegd.
13.    Onverminderd het bepaalde in de vorige leden kan een bestuurslid ook door middel van een elektronisch communicatiemiddel, daaronder begrepen telefonisch, aan de bestuursvergaderingen deelnemen, daarin het woord voeren en zijn stem uitbrengen. Daartoe is vereist dat het bestuurslid via het elektronisch communicatiemiddel i) kan worden geïdentificeerd, ii) rechtstreeks kan kennisnemen van de verhandelingen ter vergadering, iii) kan deelnemen aan de beraadslaging en iv) het stemrecht kan uitoefenen.
14.    Nadere regels omtrent de vergaderingen en de besluitvorming van het bestuur en omtrent het stemmen in bestuursvergaderingen door middel van een elektronisch communicatiemiddel kunnen door het bestuur in een reglement worden vastgesteld.
Bestuurstaak en vertegenwoordiging.
Artikel 13
1.    Het bestuur is, behoudens beperkingen volgens de statuten, belast met het besturen van de vereniging.
2.    Indien het aantal bestuursleden beneden het statutaire minimum is gedaald, blijft het bestuur bevoegd. Het is echter verplicht zo spoedig mogelijk een algemene vergadering te beleggen, waarin de voorziening in de open plaats of open plaatsen aan de orde komt.
3.    Het bestuur is, mits met goedkeuring van de algemene vergadering, bevoegd te besluiten tot het aangaan van overeenkomsten tot verkrijging, vervreemding en bezwaring van registergoederen en van overeenkomsten waarbij de vereniging zich als borg of hoofdelijk medeschuldenaar verbindt, zich voor een derde sterk maakt of zich tot zekerheidstelling voor een schuld van een ander verbindt en tot vertegenwoordiging van de vereniging terzake van deze handelingen. Op het ontbreken van deze goedkeuring kan tegen derden beroep worden gedaan.
4.    Onverminderd het in de laatste volzin van het vorige lid bepaalde, wordt de vereniging vertegenwoordigd door:
    a.    hetzij het bestuur;
    b.    hetzij twee gezamenlijk handelende bestuursleden.
5.    Het bestuur kan besluiten tot het verlenen van volmacht aan een of meer bestuursleden, alsook aan derden, om de vereniging binnen de grenzen van die volmacht te vertegenwoordigen.
6.    In alle gevallen waarin de vereniging een tegenstrijdig belang heeft met een of meer van haar bestuursleden kan de algemene vergadering een of meer personen aanwijzen om de vereniging te vertegenwoordigen.
Boekjaar, jaarverslag, jaarrekening, rekening en verantwoording.
Artikel 14
1.    Het boekjaar van de vereniging loopt van één juli van enig jaar tot en met dertig juni van het daarop volgende jaar.
2.    Het bestuur is verplicht van de vermogenstoestand van de vereniging zodanige aantekeningen te houden dat daaruit te allen tijde haar rechten en verplichtingen kunnen worden gekend.
3.    Het bestuur brengt op de jaarlijkse algemene vergadering binnen zes maanden na afloop van het boekjaar, behoudens verlenging van deze termijn door de algemene vergadering, een jaarverslag uit over de gang van zaken in de vereniging en over het gevoerde beleid. Het legt de jaarrekening ter goedkeuring aan de algemene vergadering over, waarbij gevoegd, indien aan een accountant als bedoeld in het volgende lid opdracht tot onderzoek van de jaarrekening is verleend, een verklaring omtrent de getrouwheid daarvan afkomstig van deze accountant. De jaarrekening wordt ondertekend door de bestuursleden; ontbreekt de ondertekening van een of meer van hen, dan wordt daarvan onder opgave van redenen melding gemaakt. Na verloop van de termijn kan ieder lid van de gezamenlijke bestuursleden in rechte vorderen dat zij deze verplichtingen nakomen.
4.    De vereniging kan opdracht tot onderzoek van de jaarrekening verlenen aan een accountant bedoeld in artikel 2:393 lid 1 van het Burgerlijk Wetboek. Tot het verlenen van de opdracht aan de accountant is de algemene vergadering bevoegd. Gaat deze daartoe niet over, dan is het bestuur bevoegd.
    De accountant brengt omtrent zijn onderzoek verslag uit aan het bestuur, en geeft de uitslag van zijn onderzoek weer in een verklaring omtrent de getrouwheid van de jaarrekening. Indien aan een accountant opdracht tot onderzoek van de jaarrekening is verleend, is het bestuur verplicht hem ten behoeve van zijn onderzoek alle door hem gevraagde inlichtingen te verschaffen, hem desgewenst de kas en de waarden te vertonen en de boeken, bescheiden en andere gegevensdragers van de vereniging voor raadpleging beschikbaar te stellen.
5.    Indien geen opdracht aan een accountant als bedoeld in het vorige lid tot onderzoek van de jaarrekening is verleend, benoemt de algemene vergadering jaarlijks uit de leden een commissie van ten minste twee personen, die geen deel van het bestuur mogen uitmaken. De commissie onderzoekt de jaarrekening en brengt aan de algemene vergadering verslag van haar bevindingen uit. Het bestuur is verplicht de commissie ten behoeve van haar onderzoek alle door haar gevraagde inlichtingen te verschaffen, haar desgewenst de kas en de waarden te vertonen en de boeken, bescheiden en andere gegevensdragers van de vereniging voor raadpleging beschikbaar te stellen. Vereist het onderzoek bijzondere boekhoudkundige kennis, dan kan de commissie zich door een deskundige doen bijstaan.
6.    De last van de in het vorige lid bedoelde commissie kan te allen tijde door de algemene vergadering worden herroepen, doch slechts door de benoeming van een andere commissie.
7.    Goedkeuring van de jaarrekening door de algemene vergadering strekt niet tot decharge van de bestuursleden voor het gevoerde beleid over het afgelopen boekjaar.
    Nadat het voorstel tot goedkeuring van de jaarrekening aan de orde is geweest, zal aan de algemene vergadering het voorstel worden gedaan om decharge te verlenen aan de bestuursleden voor het door hen gevoerde beleid over het afgelopen boekjaar, voorzover van dat beleid uit de jaarrekening blijkt of over dat beleid in de algemene vergadering mededelingen zijn gedaan.
8.    Het bestuur is verplicht de bescheiden bedoeld in dit artikel gedurende zeven jaren te bewaren.
9.    De op een gegevensdrager aangebrachte gegevens, uitgezonderd de op papier gestelde balans en staat van baten en lasten, kunnen op een andere gegevensdrager worden overgebracht en bewaard, mits de overbrenging geschiedt met juiste en volledige weergave van de gegevens en deze gegevens gedurende de volledige bewaartijd beschikbaar zijn en binnen redelijke tijd leesbaar kunnen worden gemaakt.
Algemene vergadering.
Artikel 15
1.    Aan de algemene vergadering komen in de vereniging alle bevoegdheden toe, die niet door de wet of de statuten aan andere organen zijn opgedragen.
2.    In de in lid 3 van het vorige artikel bedoelde jaarlijkse algemene vergadering komen onder meer aan de orde:
    a.    het jaarverslag en de jaarrekening bedoeld in het vorige artikel, met het verslag van de aldaar bedoelde accountant dan wel commissie;
    b.    de goedkeuring van de jaarrekening;
    c.    het verlenen van decharge aan de bestuursleden voor het gevoerde beleid over het afgelopen boekjaar;
    d.    voorziening in eventuele vacatures;
    e.    voorstellen van het bestuur of de leden, aangekondigd bij de oproeping voor de vergadering.
3.    Andere algemene vergaderingen worden bijeengeroepen, zo dikwijls het bestuur dit wenselijk oordeelt, of wanneer het daartoe volgens de wet, de statuten of het huishoudelijk reglement verplicht is.
4.    Voorts is het bestuur op schriftelijk verzoek van ten minste een zodanig aantal leden als is gerechtigd tot het uitbrengen van ten minste een tiende gedeelte van het aantal stemmen dat in een voltallige algemene vergadering kan worden uitgebracht, verplicht tot het bijeenroepen van een algemene vergadering op een termijn van niet langer dan vier weken. Aan de eis van schriftelijkheid van het verzoek wordt voldaan indien het verzoek elektronisch is vastgelegd.
    Indien aan het verzoek binnen veertien dagen geen gevolg wordt gegeven, kunnen de verzoekers zelf tot die bijeenroeping overgaan door oproeping overeenkomstig het bepaalde in artikel 19 of bij advertentie in ten minste één ter plaatse waar de vereniging is gevestigd, veel gelezen dagblad, met inachtneming van de in artikel 19 bedoelde oproepingstermijn. De verzoekers kunnen alsdan anderen dan de bestuursleden belasten met de leiding van de algemene vergadering en het opstellen van de notulen.
Toegang en stemrecht.
Artikel 16
1.    Toegang tot de algemene vergadering hebben alle leden. Geschorste leden hebben enkel toegang tot de vergadering waarin het besluit tot schorsing van het lid wordt behandeld, en zijn bevoegd daarover dan het woord te voeren.
2.    Over toelating van andere dan de in lid 1 bedoelde personen beslist het bestuur dan wel de voorzitter van de algemene vergadering.
3.    Ieder seniorlid, juniorlid en erelid heeft één stem.
4.    Een stemgerechtigd lid kan door een ander daartoe schriftelijk gevolmachtigd stemgerechtigd lid ter vergadering zijn stem doen uitbrengen. Een stemgerechtigd lid kan als gevolmachtigde slechts voor twee stemgerechtigde leden ter vergadering zijn stem uitbrengen. Aan de eis van schriftelijkheid van de volmacht wordt ook voldaan indien de volmacht elektronisch is vastgelegd.
5.    Onverminderd het bepaalde in de vorige leden kan een lid ook door middel van een elektronisch communicatiemiddel aan de algemene vergaderingen deelnemen, daarin het woord voeren en zijn stem uitbrengen. Daartoe is vereist dat het lid via het elektronisch communicatiemiddel i) kan worden geïdentificeerd, ii) rechtstreeks kan kennisnemen van de verhandelingen ter vergadering, iii) kan deelnemen aan de beraadslaging en iv) voor zover het een stemgerechtigd lid betreft, zijn stemrecht kan uitoefenen.
6.    Nadere regels omtrent het deelnemen aan en het stemmen in algemene vergaderingen door middel van een elektronisch communicatiemiddel kunnen in het huishoudelijk reglement worden vastgesteld.
Voorzitterschap en notulen van de algemene vergadering.
Artikel 17
1.    De voorzitter van het bestuur heeft de leiding van de algemene vergaderingen. Bij afwezigheid van de voorzitter van het bestuur, heeft de secretaris van het bestuur de leiding van de algemene vergaderingen. Bij afwezigheid van de zowel de voorzitter als de secretaris van het bestuur voorziet de algemene vergadering zelf in de leiding van haar vergaderingen.
2.    Van het verhandelde in elke algemene vergadering worden notulen opgemaakt. Deze notulen worden in de eerstvolgende algemene vergadering vastgesteld, en ten blijke daarvan ondertekend door de voorzitter en door degene die de notulen heeft opgesteld. Zij die de algemene vergadering bijeenroepen kunnen een notarieel proces-verbaal van het verhandelde doen opmaken. De inhoud van de notulen of van het proces-verbaal wordt ter kennis van de leden gebracht.
Besluitvorming van de algemene vergadering.
Artikel 18
1.    Het ter algemene vergadering uitgesproken oordeel van de voorzitter omtrent de uitslag van een stemming is beslissend. Hetzelfde geldt voor de inhoud van een genomen besluit voor zover gestemd werd over een niet schriftelijk vastgelegd voorstel.
2.    Wordt echter onmiddellijk na het uitspreken van een in het vorige lid bedoeld oordeel de juistheid ervan betwist, dan vindt een nieuwe stemming plaats, indien de meerderheid van de algemene vergadering of, indien de oorspronkelijke stemming niet hoofdelijk of schriftelijk geschiedde, een stemgerechtigde aanwezige dit verlangt. Door deze nieuwe stemming vervallen de rechtsgevolgen van de oorspronkelijke stemming.
3.    Voor zover de statuten of de wet niet anders bepalen, worden alle besluiten van de algemene vergadering genomen met volstrekte meerderheid van de uitgebrachte stemmen.
4.    Ongeldige en blanco stemmen worden beschouwd als niet te zijn uitgebracht.
5.    Indien bij een verkiezing van personen niemand de volstrekte meerderheid heeft verkregen, heeft een tweede stemming, of in geval van een bindende voordracht, een tweede stemming tussen de voorgedragen kandidaten, plaats. Heeft alsdan weer niemand de volstrekte meerderheid verkregen, dan vinden herstemmingen plaats, totdat hetzij één persoon de volstrekte meerderheid heeft gekregen, hetzij tussen twee personen is gestemd en de stemmen staken. Bij deze herstemmingen, waaronder niet is begrepen de tweede stemming, wordt telkens gestemd tussen de personen, op wie bij de voorafgaande stemming is gestemd, evenwel uitgezonderd de persoon, op wie bij die voorafgaande stemming het geringste aantal stemmen is uitgebracht. In geval bij een stemming tussen twee personen de stemmen staken, beslist het lot wie van beiden is gekozen. Ingeval van loting bepaalt de voorzitter van de vergadering de wijze van loting.
6.    Indien de stemmen staken over een voorstel niet betreffende een verkiezing van personen, dan is het verworpen.
7.    Alle stemmingen geschieden mondeling, tenzij de voorzitter een schriftelijke stemming wenselijk acht of een of meer van de stemgerechtigden zulks vóór de stemming verlangen. Schriftelijke stemming geschiedt bij ongetekende gesloten briefjes. Besluitvorming bij acclamatie is mogelijk, tenzij een stemgerechtigde hoofdelijke stemming verlangt.
8.    Een eenstemmig besluit van alle stemgerechtigde leden, ook al zijn deze niet in een algemene vergadering bijeen, heeft, mits met voorkennis van het bestuur genomen, dezelfde kracht als een besluit van de algemene vergadering.
9.    Zolang in een algemene vergadering alle leden aanwezig of vertegenwoordigd zijn, kunnen geldige besluiten worden genomen, mits met algemene stemmen, omtrent alle aan de orde komende onderwerpen, dus mede een voorstel tot statutenwijziging of tot ontbinding, ook al heeft geen oproeping plaatsgehad of is deze niet op de voorgeschreven wijze geschied of is enig ander voorschrift omtrent het oproepen en houden van algemene vergaderingen of een daarmee verband houdende formaliteit niet in acht genomen.
Bijeenroeping algemene vergadering.
Artikel 19
1.    De algemene vergaderingen worden, onverminderd het bepaalde in artikel 15 lid 4, bijeengeroepen door het bestuur. De oproeping geschiedt door toezending van een schriftelijke aankondiging aan de adressen van alle leden volgens het ledenregister.
    De oproeping kan tevens geschieden langs elektronische weg. De termijn voor de oproeping bedraagt ten minste veertien dagen, de dag van de verzending niet meegerekend.
    Als de vereniging een officieel orgaan kent, kan de bijeenroeping van de algemene vergadering ook geschieden door plaatsing van de aankondiging in dit orgaan; de termijn voor deze oproeping bedraagt ten minste veertien dagen, de dag van plaatsing niet meegerekend.
2.    Bij de oproeping worden de te behandelen onderwerpen vermeld, onverminderd het bepaalde in de artikelen 20 en 21.
Statutenwijziging.
Artikel 20
1.    In de statuten van de vereniging kan geen verandering worden gebracht dan door een besluit van een algemene vergadering, waartoe is opgeroepen met de mededeling dat aldaar wijziging van de statuten zal worden voorgesteld.
    De termijn voor oproeping tot een zodanige vergadering bedraagt ten minste veertien dagen.
2.    Zij, die de oproeping tot de algemene vergadering ter behandeling van een voorstel tot statutenwijziging hebben gedaan, moeten ten minste vijf dagen vóór de vergadering een afschrift van dat voorstel, waarin de voorgedragen wijziging woordelijk is opgenomen, op een daartoe geschikte plaats voor de leden ter inzake leggen tot na afloop van de dag waarop de vergadering wordt gehouden.
3.    Een besluit tot statutenwijziging behoeft een meerderheid van ten minste twee derden van de uitgebrachte stemmen.
4.    Een statutenwijziging treedt niet in werking, dan nadat hiervan een notariële akte is opgemaakt. Tot het doen verlijden van de akte is ieder bestuurslid zelfstandig bevoegd.
5.    Wijzigingen in de statuten van de vereniging dienen onmiddellijk ter kennis van het bondsbestuur te worden gebracht.
Ontbinding en vereffening.
Artikel 21
1.    De vereniging kan worden ontbonden door een besluit van de algemene vergadering. Het bepaalde in de leden 1, 2 en 3 van het voorgaande artikel is van overeenkomstige toepassing op een besluit tot ontbinding.
2.    Bij ontbinding van de vereniging wordt haar vermogen vereffend door de bestuursleden, indien en voor zover de algemene vergadering niet anders bepaalt.
3.    Bij het besluit tot ontbinding stelt de algemene vergadering, zoveel mogelijk in overeenstemming met de doelstelling van de vereniging, de bestemming vast van hetgeen na voldoening van de schuldeisers van het vermogen van de ontbonden vereniging is overgebleven.
4.    Na de ontbinding blijft de vereniging voortbestaan voorzover dit tot vereffening van het vermogen nodig is. Gedurende de vereffening blijven de bepalingen van deze statuten en reglementen van de vereniging voor zover mogelijk van kracht. In stukken en aankondigingen die van de vereniging uitgaan, moet aan haar naam worden toegevoegd 'in liquidatie'.
5.    De boeken, bescheiden en andere gegevensdragers van de ontbonden vereniging worden, nadat de vereniging heeft opgehouden te bestaan, bewaard gedurende de door de wet daarvoor bepaalde termijn, door de door de vereffenaars daartoe aangewezen persoon.
Huishoudelijk reglement en andere reglementen.
Artikel 22
1.    Behoudens het elders bij of krachtens deze statuten bepaalde, worden alle reglementen van de vereniging, waaronder begrepen het huishoudelijk reglement, door de algemene vergadering vastgesteld en kunnen zij door de algemene vergadering worden gewijzigd of geschrapt.
2.    In het huishoudelijk reglement en de andere reglementen van de vereniging worden die onderwerpen geregeld die in deze statuten niet of niet volledig zijn geregeld. Het huishoudelijk reglement en de andere reglementen van de vereniging mogen niet in strijd zijn met de wet, ook waar deze geen dwingend recht bevat, en deze statuten.
3.    Wijzigingen in de reglementen van de vereniging dienen onmiddellijk ter kennis van het bondsbestuur te worden gebracht.
Slotbepaling.
Artikel 23
Het bestuur beslist in alle gevallen, waarin noch de wet, noch deze statuten, noch de reglementen van de vereniging voorzien.


Vervroegd doorschuiven en dispensatie bij EHV

Elk jaar in de maanden april, mei en juni barst het weer los; de teamindelingsprocedure voor het volgende seizoen. Er moet selectie gedaan worden voor de selectie teams en voor de breedte teams moet er naar goede middenwegen gezocht worden. Bij EHV spelen een aantal commissies, mensen en bestuur in deze een grote rol, te weten: de jeugdcommissie, tophockeycommissie, coördinator senioren, trainer-coördinator en het bestuur. In nauwe samenwerking met elkaar nemen de betrokken partijen de juiste beslissingen.

Elk jaar weer doen zich situaties voor waarin een aantal zaken onduidelijk lijken:
Vervroegd doorschuiven
Dispensatie

De KNHB heeft voor het indelen een duidelijk beleid net als alle andere sportbonden in Nederland. Deze ziet er als volgt uit:

Funkey 4 en 5 jaar
Benjamins 6 jaar
F-junioren 7 en 8 jaar
E-junioren zijn leden die 8 jaar of ouder zijn doch nog geen 10 jaar
D-junioren zijn leden die 10 jaar of ouder zijn doch nog geen 12 jaar
C-junioren zijn leden die 12 jaar of ouder zijn doch nog geen 14 jaar
B-junioren zijn leden die 14 jaar of ouder zijn doch nog geen 16 jaar
A-junioren zijn leden die 16 jaar of ouder zijn doch nog geen 18 jaar
Senioren zijn leden die 18 jaar en ouder zijn

(In alle gevallen is de peildatum 1 oktober van het lopende seizoen. Als je op die dag al 8 jaar bent, dan ben je in dat seizoen eerstejaars E-junior en ben je op die dag al 18 dan ben je in dat seizoen senior, enzovoort).

Ook bij EHV houden we ons in principe aan deze leedftijdsindeling.

Uitzonderingen zijn er altijd. Als een kind eerder naar de volgende categorie gaat noemen we dat vervroegd doorschuiven en als een kind nog langer in een categorie blijft dan de leeftijd doet vermoeden noemen we dat dispensatie.

Regels en procedures vervroegd doorschuiven

Bij EHV kan je niet zomaar vervroegd doorschuiven. Daar zijn regels en procedures voor. Ook voor dispensatie geldt dat.
Om vervroegd door geschoven te worden zijn goede argumenten nodig en gelden de volgende regels. 

Deze zijn:

Technisch-tactisch presteert het kind boven gemiddeld. 
Fysiek is het kind groter en sterker dan de medespelers.
Sociaal-emotioneel is het kind verder ontwikkeld dan de medespelers.
Om andere redenen is het beter voor het kind om door te schuiven.

Procedure

Of iemand uiteindelijk daadwerkelijk doorschuift, bekijken de genoemde commissies in samenspraak met het kind, de ouders en de trainer-coach in een face-to-face gesprek de argumenten. Te allen tijde staat de mening, wil en ontwikkeling van het kind centraal. Het vervroegd doorschuiven moet aangevraagd worden bij de jeugdcommissie/coördinator senioren van EHV.

Let op!

Alleen als het kind om hockeytechnische reden vervroegd doorgeschoven wordt, komt het in aanmerking voor een van de selectieteams.
Regels en procedures voor dispensatie
Om dispensatie te krijgen zijn wederom goede argumenten nodig. 

Deze zijn:

Medisch van aard.
Organisatorisch van aard.

Procedure

Ook hier beslist uiteindelijk de jeugdcommissie of er een aanvraag bij de bond gedaan wordt. Het is aan de bond om de aanvraag goed- of af te keuren. Wel is het zo dat voor een selectieteam geen dispensatie aangevraagd kan worden (uitzonderingen worden gemaakt bij de jongste jeugd en zwaar onderbezette jongenslijn). Dispensatie moet aangevraagd worden bij de jeugdcommissie van EHV. 

Van junioren naar senioren

Bovengenoemde geldt ook voor het moment dat een speler naar de senioren gaat. Hier dient echter naast de jeugdcommissie ook de coördinator voor de senioren per mail ingelicht te worden. Deze zal dan samen met de jeugdcommissie, het bestuur en (indien het gaat om selectieteams) met de tophockeycommissie overleggen.
Dit document is geschreven en goedgekeurd door het bestuur, de jeugdcommissie, trainer-coördinator en de tophockeycommissie van EHV.

 
Hoofdsponsor
Shirtsponsoren
Sponsoren